29-11-2013

Zo fijn een stoofpeer te zijn...

Wat moet het heerlijk zijn een stoofpeer te zijn. Urenlang badderen in een bad van wijn en kruiden. Alsof je jezelf mag onderdompelen in een glas glühwein. Stoofpeertjes horen bij de herfst. Zij doen me denken aan mijn vader, die altijd vol trots praatte over zijn gestoofde peren en het met liefde aan zijn dochter serveerde. Iedereen in de familie heeft zijn eigen recept; gebruikt wijn, likeur of sap, en een variëteit aan specerijen. Geen peertje in onze familie smaakt hetzelfde en dat is misschien wel zo lekker. Het vergt geduld, meer dan inspanning, en is daarom ideaal voor druilerige dagen. Als je een pan vol maakt, heb je een week lang een heerlijk dessert.

Stoofperen


1 à 1,5 kilo stoofperen (afhankelijk van de grote van je pan)
1/2 liter rode wijn
1/2 liter water
1 kaneelstokje
3 kardemompeulen, iets gekneusd
1 steranijs
2 eetlepels suiker
en een flinke dosis geduld

Schil de peren en zet ze in een grote braadpan. Voeg wijn en water toe, en zorg dat de peren onderstaan, zodat ze gelijkmatig rood worden. Voeg zo nodig meer water (of wijn) toe. 
Voeg de specerijen toe en het suiker en zet het vuur aan. Breng aan de kook, zet het vuur op z'n laagst, en laat vervolgens zeker anderhalf à twee uur pruttelen met het deksel op de pan. Controleer af en toe of de peren al de gewenst zachtheid en kleur hebben. Draai het vuur uit, wanneer het gewenst resultaat bereikt is. 
Laat de peren afkoelen en serveer ze los of met ijs, yoghurt, chocolademousse, etc. 

Eet smakelijk!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten